Data
- Date:
- 02-06-1999
- Country:
- Belgium
- Number:
- A.R. 1079/99
- Court:
- Rechtbank van Koophandel, Hasselt
- Parties:
- S.A. Isocab France v. E.C.B.S.
Keywords
RELEVANT PLACE OF BUSINESS - PLACE OF BUSINESS WITH CLOSEST RELATIONSHIP TO CONTRACT (ART. 10(A) CISG)
INCLUSION OF STANDARD TERMS IN THE CONTRACT - NO INCLUSION IF SELLER'S STANDARD TERMS ARE ONLY SENT WITH INVOICE
GRACE PERIOD GRANTED TO THE BUYER (ART. 61 CISG)
DAMAGES (ART. 74 CISG) – RIGHT TO INTEREST (ART. 78 CISG)
Abstract
A U.S. buyer, with place of business in Belgium, bought sandwich panels from a French seller. The seller sued the buyer for payment of the price as well as damages and interest, claiming violation of the contract on the basis of the seller's standard terms written in French. The buyer did not deny its obligation to pay the price, but contested its liability for damages and interest and asked permission to pay a certain amount per month. The seller agreed to the latter condition but objected to the amount to be paid per month.
The Court held that CISG was applicable as both parties had their places of business in contracting States. In particular, according to Art. 10 CISG the buyer's Belgian place of business had to be taken into account since the invoice was addressed to it, in Dutch, so that it could be said that Belgium had the closest relationship to the contract. In any event, however, CISG would have been applicable as the USA are also a Contracting State.
The Court first found that under CISG the seller's standard terms had not become part of the contract, since they were sent for the first time together with the invoice and they were written in French and not in the language of the contract (which was Dutch).
The seller was nevertheless entitled to damages and interest according to Arts. 74 and 78 CISG and the Court ordered a reopening of the debate on this issue.
The Court granted the buyer permission to pay over six months. It observed that such a term did not constitute violation of Art. 61 CISG, stating that the Court may not grant a period of grace, since the seller had agreed to an extension period for payment.
Fulltext
De rechtbank van koophandel te Hasselt, eerste kamer, heeft het volgende vonnis uitgesproken in zake
A.R.1079/99- , vennootschap naar vreemd recht, waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is te WILMINGTON, Renner Road 701, DELAWARE 19810 – NEW CASTLE COUNTY (U.S.A.) met vaste vestiging in België te 3945 HAM (Genebos-Kwaadmechelen), Bergstraat 42;
verwerende partij, die verschijnt door Mr. N. Claw, advocaat te 3970 Leopoldsburg, M. Fochstraat, 35
volgt het vonnis.
Bij inleidend exploot van het ambt van gerechtsdeurwaarder J. Beelen te Hasselt d.d. 23 april 99 liet eiseres dagvaarding uitreiken aan verweerster teneinde deze te doen veroordelen in betaling van 499.982,-Fr., vermeerderd met de conventionele verwijlinteresten a rato van 15 % per jaar op de hoofdsom van 390.820,- Fr. tot de uiteindelijke betaling en de kosten.
Het bedrag van 499.982,- Fr. is samengesteld als, volgt:
Hoofdsom factuur nr. 9707715 van 7 September 98 390.820,-
Conventionele rente aan 15 % van vervaldag der factuur tot daging 30.998,-
Verhogingsbeding 78.164,-
499.982,-
Ter zitting van 26 mei 99 is Mr. Clabots loco G. Duchi verschenen voor eiseres en Mr. Claes voor verweerster, zij hebben gepleit en Mr. Clabots heeft een dossier neergelegd.
IN FEITE:
De eis heeft betrekking op een factuur van 7 september 98 voor de levering van sandwichpanelen door een Franse onderneming aan een Amerikaanse met vaste vestiging in België De factuurvoorwaarden voorzien uitsluitend in de Franse taal dat een nalatigheidsinterest van rechtswege en zonder ingebrekestelling verschuldigd is van 1,25 % per maand. Eiseres vordert 15 % per jaar. Tevens is voorzien dat bij gebreke aan contante betaling de prijzen verhoogd worden met 10 % (art. 7). Eiseres vordert nochtans 20 % op basis van art. 2 van de verkoopsvoorwaarden, maar dat artikel gaat over de aanvaarding. Wel voorziet art. 11 van de algemene voorwaarden een vergoeding van 20 % in geval van ontbinding van de overeenkomst ten nadele van de koper. Verweerster betwist de vordering niet, maar wel de gevorderde rente en het schadebeding omdat de bepalingen daaromtrent in de Franse taal zijn gesteld. Verweerster vraagt te mogen betalen met 50.000,- Fr. per maand. Eiseres gaat akkoord met het principe van afkortingen maar is van oordeel dat een bedrag van 50.000,- Fr. per maand onvoldoende is.
BEOORDELING:
De hoofdeis is bij gebrek aan verweer gegrond. De vraag is het lot van de aankleven gelet op de factuurvoorwaarden in de Franse taal.
Daartoe dient eerst nagegaan welk recht op de overeenkomst van toepassing is.
Ter zake gaat het om verkopen van roerende lichamelijke zaken. In België geldt sinds 1 november 1997 in dat verband het Weens Koopverdrag. Ook in Frankrijk is sinds 1 januari 88 het Weens Koopverdrag van toepassing. Wanneer de landen waar koper en verkoper gevestigd zijn op het ogenblik dat zij de verkoop sloten verdragsstaten zijn van het Weens Koopverdrag dan dient de Belgische rechter het Weens koopverdrag rechtstreeks toe te passen (Art. 1 lid a van het verdrag).
Ingevolge art. 10 van het Weens Koopverdrag dient inderdaad de Belgische vestiging van verweerster in aanmerking genomen te worden, nu de factuur aan de vestiging in België is gericht en in het Nederlands is opgesteld, zodanig dat men er kan van uitgaan dat de Belgische vestiging het nauwst betrokken is bij de overeenkomst. Overigens zou een en ander voor de toepassing van het Weens Koopverdrag van geen belang zijn, vermits ook in de Verenigde Staten van Amerika sinds 1 januari 1988 het Weens Koopverdrag van toepassing is.
Het is niet aangetoond en het wordt evenmin voorgehouden dat de partijen reeds voorheen handelsbetrekkingen onderhielden waarbij de algemene voorwaarden van toepassing waren. Onder het Weens Koopverdrag hebben algemene voorwaarden die voor het eerst opduiken naar aanleiding van de factuur geen bindende kracht (Van Houtte H., Het Weens Koopverdrag in het Belgisch recht, T.B.H., 1998, 350; Neurnayer en Ming, Convention de Vienne sur les contrats de vente internationale de marchandises. Commentaire, Lausanne, 1993. 85; Rechtbank van Koophandel Hasselt, 28 april 99, niet gepubliceerd, inzake Esta Behang B. V. / Multi Import Rainbow Color Center). Overigens zou het enkele feit dat de algemene voorwaarden niet zijn opgesteld in het Nederlands, dat blijkbaar de contracttaal was (de factuur is in het Nederlands), op zich reeds voldoende zijn om haar tegenstelbaarheid in vraag te stellen (J. Meeusen, Totstandkoming van de overeenkomst, in Van Houtte H., Erauw J. en Wautelet P. (eds.), Het Weens Koopverdrag, Intersentia, Antwerpen, 1997, 95, randnummer, 3 .62).
Dit betekent nochtans niet noodzakelijk dat eiseres geen recht zou hebben op nalatigheidsinteresten of een vergoeding voor de schade. Art. 74 van het Weens Koopverdrag voorziet dat, wanneer een partij te kort komt, de andere partij recht heeft op een schadevergoeding met inbegrip van de gederfde winst. Het Weens Koopverdrag bepaalt bovendien in art. 78 dat indien een partij te kort schiet in de betaling van de prijs de andere partij het recht heeft op rente hierover, zonder de hoegrootheid van die rentevoet te bepalen.
Nu de rechtbank dit ambtshalve opwerpt dienen hieromtrent de debatten heropend te worden, zodanig dat eiseres haar vordering voor de interesten en schade eventueel kan steunen op art. 74 en 78 van het Weens koopverdrag.
Overigens is de rechtbank nu al van gevoelen dat zowel de gevorderde interest als de schadevergoeding overdreven zijn.
Verweerster wordt toegelaten de hoofdsom te betalen in 6 maanden, Art. 61, 3 van het Weens koopverdrag is niet van toepassing indien de verkoper bereid is uitstel te verlenen.
Nu het ter zake om een aanvaarde factuur gaat en de hoofdsom niet wordt betwist wordt het vonnis uitvoerbaar verklaard.
De voorschriften van art. 2-30 tot 37 van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken werden nageleefd
OM DEZE REDEN EN,
beslist de rechtbank, na beraadslaging, op tegenspraak:
verklaart de eis toelaatbaar en alvast deels gegrond, zoals hierboven gesteld, veroordeelt verweerster tot betaling aan de eisende partij van 390.820- BEF, meer de, gerechtelijke interesten tot de datum van betaling,
zegt voor recht dat de vordering in verband met de nalatigheidsinteresten en schade niet kan gebaseerd worden op de algemene voorwaarden,
heropent ambtshalve de debatten in verband met het overige van de vordering
stelt de zaak daartoe ter zitting van 15 september 99 em 10.00 uur,
laat verweerster toe te betalen met 65.000; Fr. per maand van 1 juli 99,
zegt dat indien één afkorting niet of niet tijdig wordt betaald gans het bedrag eisbaar wordt,
behoudt de kosten voor.
Verklaart het vonnis uitvoerbaar bij voorraad, ondanks alle verhaal en zonder borgstelling.
(…)}}
Source
Abstract:
- Courtesy of Dr. Caroline Cauffman, Institute for International Trade Law, University of Leuven
Original text in Dutch:
- Available at the Internet site of the University of Leuven, Institute for International Trade Law http://www.law.kuleuven.ac.b}}