Data

Date:
27-02-2008
Country:
Netherlands
Number:
160136 / HA ZA 06-826
Court:
Rechtbank Breda
Parties:
Interland Chemie BV v. Tessenderlo Chemi BV

Keywords

INCLUSION OF STANDARD TERMS IN THE CONTRACT – MATTER GOVERNED BUT NOT EXPRESSLY SETTLED BY CISG (ART. 7 (2) CISG) – APPLICATION OF GENERAL RULES IN CISG ON FORMATION OF CONTRACT AND INTERPRETATION OF PARTIES’ STATEMENTS

STANDARD TERMS PRINTED ON THE REVERSE SIDE OF EACH INVOICE - BINDING WHERE OTHER PARTY HAS PAID EACH INVOICE (ART. 18(1) CISG).

Abstract

A Belgian seller and a Dutch buyer entered into a contract for the sale of goods. Neither party signed a written agreement. A dispute arose after the buyer allegedly suffered damages because the seller did not respect the date of delivery. The seller denied responsibility for such damages and referred to its general terms and conditions, which stated that the time of delivery was only indicative and not binding. The buyer argued that he is not bound by these terms and conditions since he did not explicitly agree to them.

As to the applicable law, the Court held that CISG governed the agreement since the rules of private international law led to the application of the law of Netherlands, a Contracting State (Art. 1(1)(b) CISG).

As to the merits, the Court held that the inclusion of the standard terms in the contract was a matter to be settled first by recourse to the general principles underlying the Convention (Art. 7(2) CISG). In the opinion of the Court, although the application of seller’s standard terms had not been expressly agreed upon by the parties, the standard terms were nonetheless incorporated into the contract.

It was true that the invoice, on the back of which the standard terms were allegedly reproduced, was sent to the buyer only upon delivery of the goods. However, according to arts. 8 and 9 CISG, the practices established between the parties had to be considered. The fact that the general terms and conditions were stated on each of the invoices paid by the buyer constituted sufficient proof of conduct indicating assent according to art. 18(1) CISG. Having found that the time of delivery agreed upon by the parties was merely indicative according to the seller's standard terms, the Court dismissed the buyer's claim.

Fulltext

Vonnis van 27 februari 2008

in de zaak van

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
INTERLAND CHEMIE BV,
gevestigd te Oosterhout,
eiseres,
procureur mr. N.C.M. Koch,

tegen

de naamloze vennootschap naar Belgisch recht
TESSENDERLO CHEMIE NV,
gevestigd te Brussel,
gedaagde,
procureur mr. N.Th. ter Haar Romeny.

Partijen zullen hierna Interland Chemie en Tessenderlo Chemie genoemd worden.

1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 23 mei 2007 en de daarin vermelde stukken,
- de conclusie na tussenvonnis van Interland Chemie,
- de antwoordconclusie na tussenvonnis van Tessenderlo Chemie.

1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.

2. De verdere beoordeling

2.1. De rechtbank heeft bij vonnis van 23 mei 2007 als haar voorlopige oordeel te kennen gegeven dat voor beantwoording van de vraag of Tessenderlo Chemie de toepasselijkheid van haar algemene voorwaarden met Interland Chemie is overeengekomen de bepalingen van het Weens Koopverdrag behoren te worden toegepast. Vervolgens heeft de rechtbank -naar voorlopig oordeel- de algemene voorwaarden op de in geding zijnde overeenkomst van toepassing geoordeeld.

2.2. De rechtbank heeft partijen in de gelegenheid gesteld hun standpunten over de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden van Tessenderlo Chemie (nader) bij conclusie uiteen te zetten. De rechtbank oordeelt thans als volgt.

2.3. Tot de door het Weens Koopverdrag geregelde onderwerpen behoort de vraag of Interland Chemie toestemming heeft verleend tot de totstandkoming van een koopovereenkomst en daarvan deel uitmakende algemene voorwaarden. De vraag of Interland Chemie toestemming heeft verleend tot de toepasselijkheid van de door Tessenderlo Chemie gebruikte algemene voorwaarden en de daarin opgenomen exoneratie-clausules, wordt derhalve ingevolge artikel 7, lid 2 van het Weens Koopverdrag beheerst door de daarop betrekking hebbende regeling van dit verdrag en niet door het rechtsstelsel dat door enige regel van internationaal privaatrecht wordt aangewezen. Dit betekent dat de rechtbank het andersluidende standpunt van Interland Chemie, en met name het beroep op de toepasselijkheid van het EVO-Verdrag (Verdrag van 19 juni 1980, Trb. 1980, 156) niet deelt.

2.4. De rechtbank beoordeelt de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden van Tessenderlo Chemie als volgt. Voorop staat dat ingevolge artikel 7, lid 1 van het Weens Koopverdrag bij de uitleg van dit verdrag rekening dient te worden gehouden met het internationale karakter ervan en met de noodzaak eenvormigheid in de toepassing ervan en naleving van de goede trouw in de internationale handel te bevorderen. Voorts dienen bij de beoordeling of partijen de algemene voorwaarden zijn overeengekomen de artikelen 8 en 9 van het Koopverdrag betrokken te worden.

2.5. De rechtbank gaat er in aanvulling op de reeds vastgestelde feiten bij de beoordeling vanuit dat Tessenderlo Chemie naar aanleiding van leveringen aan Interland Chemie meermalen facturen aan Interland Chemie heeft gezonden die allemaal de verwijzing naar de toepasselijkheid van haar algemene voorwaarden bevatten en op de achterzijde die voorwaarden vermelden. De stelling van Tessenderlo Chemie is gemotiveerd met het in het geding brengen van een voorbeeld van haar facturen. Voor zover in de stellingen van Interland Chemie ligt besloten dat niet alle aan haar gezonden facturen die verwijzing naar voorwaarden en de vermelding daarvan bevatten heeft zij dit standpunt niet gemotiveerd door het in het geding brengen van een voorbeeld van een andere factuur. Dat was wel van haar te vergen. Deze stelling van Interland Chemie wordt dan ook verworpen.

2.6. De rechtbank deelt voorts de stelling van Tessenderlo Chemie, dat zij met de forumkeuze voor de rechtbank te Breda, noch expliciet, noch impliciet de toepasselijkheid van haar algemene voorwaarden heeft laten varen. Interland Chemie heeft geen stellingen geponeerd die tot een andersluidend oordeel zouden kunnen leiden.

2.7. Bij de onderhavige beoordeling dient -anders dan Interland voorstaat- niet alleen de laatste koop van zaken en de opdracht die te leveren van 7 oktober 2004 in ogenschouw te worden genomen. Zoals Interland Chemie zelf ook heeft gesteld betreft het hier een niet schriftelijk gesloten raamovereenkomst waarbij steeds incidenteel zaken werden afgeroepen. Uit de artikelen 8 en 9 van het Weens Koopverdrag vloeit voort dat alle omstandigheden van het geval, waaronder gewoonten en handelwijzen, verklaringen en gedragingen zoals in die artikelen genoemd, bij de beoordeling in aanmerking moeten worden genomen. Deze artikelen luiden als volgt.
Artikel 8:
1. Voor de toepassing van dit Verdrag dienen verklaringen afgelegd door en andere gedragingen van een partij te worden uitgelegd in overeenstemming met haar bedoeling, wanneer de andere partij die bedoeling kende of daarvan niet onkundig kon zijn.
2. Indien het voorgaande lid niet van toepassing is, dienen verklaringen afgelegd door, dan wel andere gedragingen van een partij te worden uitgelegd overeenkomstig de zin die een redelijk persoon van gelijke hoedanigheid als de andere partij in dezelfde omstandigheden hieraan zou hebben toegekend.
3. Bij het bepalen van de bedoeling van een partij of de zin die een redelijk persoon daaraan zou hebben toegekend, dient naar behoren rekening te worden gehouden met alle ter zake dienende omstandigheden van het geval, waaronder begrepen de onderhandelingen, eventuele handelwijzen die tussen partijen gebruikelijk zijn, gewoonten en alle latere gedragingen van partijen.

Artikel 9:
1. De partijen zijn gebonden door elke gewoonte waarmee zij hebben ingestemd en door alle handelwijzen die tussen hen gebruikelijk zijn.
2. Tenzij anders is overeengekomen, worden partijen geacht op hun overeenkomst of de totstandkoming hiervan stilzwijgend toepasselijk te hebben verklaard een gewoonte waarmee zij bekend waren of behoorden te zijn en die in de internationale handel op grote schaal bekend is aan, en regelmatig wordt nageleefd door partijen bij overeenkomsten van dezelfde soort in de desbetreffende handelsbranche.

2.8. De rechtbank oordeelt thans definitief dat de algemene voorwaarden van Tessenderlo Chemie op de overeenkomst met Interland Chemie van toepassing zijn. Daartoe herhaalt de rechtbank de -toen nog voorlopige- overwegingen uit haar tussenvonnis welke luiden als volgt. Naar het oordeel van de rechtbank moet aangenomen worden dat Interland Chemie als ondernemer op de hoogte is van de omstandigheid dat binnen en buiten Nederland het gebruik van algemene voorwaarden bij handelstransacties wijd verbreid is. Volgens Tessenderlo Chemie heeft zij in 2004 twaalf facturen naar Interland Chemie verzonden in verband met transacties die tussen partijen hebben plaatsgehad. Zij verwijst daarbij naar productie 1 bij conclusie van antwoord welke ter comparitie niet is betwist. Op die facturen is op het voorblad in de kantlijn vermeld: “volgens onze verkoopvoorwaarden op keerzijde”. Die voorwaarden zijn ook integraal op de achterzijde van de facturen van Tessenderlo Chemie vermeld. Verwezen wordt naar de producties 2 en 3 van de conclusie van antwoord. Door Interland Chemie is gesteld, noch is gebleken dat zij heeft geprotesteerd tegen de toepasselijkheid van de op de achterzijde van de facturen vermelde verkoopvoorwaarden. Interland Chemie heeft naar aanleiding van die facturen ook betalingen aan Tessenderlo Chemie verricht. Waar het hier toch een twaalftal facturen betreft die zien op transacties die voorafgaande aan de onderhavige transactie hebben plaatsgehad, mocht Tessenderlo Chemie erop vertrouwen dat Interland Chemie vanwege het uitblijven van enig protest en vanwege de betaling van factuurbedragen de toepasselijkheid van die voorwaarden op de transacties tussen partijen heeft aanvaard. Dit, omdat een redelijk persoon van gelijke hoedanigheid als Tessenderlo Chemie in dezelfde omstandigheden aan dit niet protesteren en betalen een gelijke betekenis zou hebben toegekend. Uit het vorenstaande volgt dat het niet protesteren tegen de vermelding op de facturen dat algemene voorwaarden van toepassing zijn, dat Interland Chemie duidt als stilzwijgen, er niet aan in de weg staat te oordelen dat die voorwaarden van toepassing zijn. Naar het oordeel van de rechtbank valt de feitelijke situatie als hier aan de orde niet te brengen onder artikel 18, lid 1 van het Weens Koopverdrag voor zover dat artikel vermeldt dat het stilzwijgen op zichzelf niet als aanvaarding geldt.

2.9. Uit het vorenstaande volgt dat de algemene voorwaarden van Tessenderlo Chemie op de onderhavige overeenkomst tussen partijen van toepassing zijn. Het beroep van Tessenderlo Chemie op artikel 4 van haar voorwaarden, dat bepaalt dat leveringstermijnen louter indicatief zijn en zonder enige verbintenis, leidt dan tot het oordeel dat zij niet aansprakelijk is te houden voor door Interland Chemie gestelde schade in verband met te late levering van zaken. Interland Chemie heeft immers geen inhoudelijke weren ten aanzien van dat artikel gevoerd. Het beroep van Interland Chemie op het Belgische artikel 1135 BW leidt niet tot een ander oordeel. Artikel 1135 BW dient te worden gelezen in samenhang met artikel 1134 BW. Die artikelen luiden als volgt.
Artikel 1134 BW: Alle overeenkomsten die wettig zijn aangegaan, strekken degenen die deze hebben aangegaan, tot wet. Zij kunnen niet herroepen worden dan met hun wederzijdse toestemming of op de gronden door de wet erkend. Zij moeten te goeder trouw worden ten uitvoer gebracht.

Artikel 1135 BW: Overeenkomsten verbinden niet alleen tot hetgeen daarin uitdrukkelijk bepaald is, maar ook tot alle gevolgen die door de billijkheid, het gebruik of de wet aan de verbintenis, volgens de aard ervan, worden toegekend.

Hieruit volgt dat artikel 1135 BW de aanvullende werking van de billijkheid ten aanzien van verbintenissen betreft. Tot het buiten toepassing laten van artikel 4 van de algemene voorwaarden van Tessenderlo Chemie kan het beroep van Interland Chemie op artikel 1135 BW dan niet leiden.

2.10. Concluderend behoort de vordering van Interland Chemie te worden afgewezen. Zij zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten aan de zijde van Tessenderlo Chemie worden verwezen.

3. De beslissing
De rechtbank:

wijst het gevorderde af;

veroordeelt eiseres in de proceskosten van dit geding, deze voorzover aan de zijde van gedaagde gevallen, tot op heden begroot op een bedrag van EUR 1.604,00, waarin begrepen een bedrag van EUR 1.356,00 aan procureurssalaris;

verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.

Dit vonnis is gewezen door mr. Van Geloven en in het openbaar uitgesproken op 27 februari 2008.}}

Source

Original in Dutch:
- available at the Dutch Courts website, www.rechtspraak.nl}}